Na een goede nacht onder een klamboe hebben we ontbeten met een omelet en brood. Het was fijn om even rustig op te starten.
Voordat we vertrokken heb ik met Bo een aantal zaken besproken. Eén daarvan is een belangrijk probleem waar veel boeren in Malawi tegenaan lopen. Veel boeren zaaien maïs te vroeg, vaak al in november of begin december. De kans is dan groot dat het zaad droog komt te liggen. Als maïszaad drie weken droog ligt, verliest het zijn kiemkracht en komt het niet meer op. Ook wanneer het zaad korter droog ligt, heeft dit al negatieve gevolgen voor de opbrengst.
Het advies van Bo is daarom om later te zaaien, na kerst. In het zuiden van Malawi kan dit iets eerder dan in het midden van het land, en in het noorden het laatst, omdat het daar later regent. Dit jaar is er op sommige plekken pas eind januari gezaaid en de opbrengst was nog nooit zo groot. Toch is het aanpassen van de zaaitijd erg moeilijk. De gewoonte zit diep ingebakken en de drang om te zaaien is groot. Maïs is voedsel en voedsel is leven. Geen maïs betekent honger, en in het ergste geval nog meer. Deze manier van werken gaat al generaties zo.
Binnen de Food For Life-methode wordt gewerkt met verrijkte compost. Dit is compost gemengd met mest, die de boeren drie tot vier weken voor het zaaien kunnen maken. Het zaad wordt samen met deze verrijkte compost in de grond gedaan. De compost werkt als een spons: hij neemt water op van regen en dauw en houdt dit vast. Zo heeft het zaad, en later de plant, voldoende vocht om te groeien. Daarnaast levert de mest de benodigde voedingsstoffen.
Om half tien stond onze chauffeur voor de deur en vertrokken we naar de jurist en advocaat. We hadden om tien uur een afspraak en waren netjes op tijd. Ook Mr. Faulkner was op tijd beschikbaar, wat prettig was. We hebben samen de benodigde papieren doorgenomen. In de loop der jaren zijn de deelnemers van de NGO-board in Malawi gewijzigd. Daardoor moeten nieuwe deelnemers hun gegevens aanleveren, zodat de registratie van Food For Life weer volledig klopt. Dit wordt volgende week besproken tijdens de boardmeeting. Daarnaast heeft Bo nog zaken besproken over andere goede doelenprojecten die hij in Malawi doet. Om een organisatie op te richten moet het merendeel van de board uit Malawiërs bestaan. Bij Food For Life Malawi is dit goed geregeld.
Na deze afspraak gingen we door naar onze volgende ontmoeting. Deze houden we bewust vertrouwelijk. Het was een goede afspraak die ons veel energie gaf.
Onderweg, zowel heen als terug, zagen we weer van alles. We reden opnieuw langs de meubelboulevard. Er wordt enorm veel vervoerd per fiets, zoals kruiwagens, openhaardhout en cassave. We zagen Bunda Mountain, die 1.159 meter hoog is. In het vliegtuig van Nairobi naar Lilongwe hadden we eerder zelfs de top van de Kilimanjaro gezien, met zijn 5.895 meter het hoogste punt van Afrika en de hoogste vrijstaande berg ter wereld, gelegen in Tanzania.
Veel huizen zijn klein en hebben golfplaten daken. Langs de weg worden banden en velgen verkocht. Ook staan er veel vrachtwagens en auto’s langs de kant van de weg. Die worden ter plekke gerepareerd en staan er soms dagenlang.
Een bijzonder moment vandaag was het gesprek met James, onze taxichauffeur. Hij is al vanaf het begin betrokken bij Food For Life en vindt het werk van de stichting erg mooi. Hij zei: “Zo zie je dat jullie echte christenen zijn. Jullie komen helemaal uit Europa, uit Nederland, om ons te helpen. Christen-zijn in de praktijk.” Hij vervolgde: “Echte christenen geven niet omdat ze veel hebben, maar omdat ze een hart hebben om te geven, een hart dat openstaat om te delen.” Dat was mooi en bemoedigend om te horen.
Vanmiddag had ik nog wat tijd om deze update te schrijven, mail te lezen en even de krant door te nemen. Vanavond hebben we samen gegeten in het Africahouse.
Morgen vertrekken we naar het noorden. Hopelijk is daar ook internet, zodat ik weer iets van me kan laten horen. Groetjes!







