Het FFL project helpt de boeren in Malawi maïs te verbouwen met een betere opbrengst. Dit project richt zich op voedselzekerheid en economische zelfstandigheid.

Reis Malawi december 2025 (8)

Vandaag hebben we twee bezoeken afgelegd.

Vanmorgen zijn we bij de CCAP geweest. Misschien vraag je je af wat de CCAP is. De CCAP (Church of Central Africa Presbyterian) is de grootste protestantse kerk in Malawi en is verdeeld in drie synodes: Livingstonia, Nkhoma en Blantyre. De kerk heeft meer dan één miljoen leden. De CCAP bestaat niet alleen uit gemeenten en zondagse kerkdiensten, maar ondersteunt ook de gezondheidszorg, bijvoorbeeld ziekenhuizen, het onderwijs, zoals scholen, en gemeenschapsontwikkeling, waaronder landbouw en armoedebestrijding.

In Mzuzu beschikt de CCAP over een centraal gelegen terrein in de stad. Voor de herinrichting van dit terrein is een plan gemaakt door een Nederlandse architect. De gebouwen en woningen die er nu staan, zijn oud en vertonen veel gebreken. Bo heeft dit plan ongeveer een half jaar geleden besproken met het hoofd van de kerk en zijn assistenten. Er is vervolgens een lokale architect gevonden die het plan verder in detail zou uitwerken. Hiervoor is goedkeuring nodig van het stadsbestuur. Ons bezoek had als doel om de voortgang te bespreken.

Helaas is er nog weinig vooruitgang geboekt. Het stadsbestuur had enkele eigen inzichten en de architect is daarna niet verder gegaan met het uitwerken van het plan. Het hoofd van de kerk zal dit opnieuw met de architect bespreken en, indien nodig, op zoek gaan naar een andere architect. Enkele foto’s van het terrein zijn toegevoegd, foto 1 en 2. Dit project staat los van de stichting The Art of Charity. Die stichting richt zich specifiek op voedselhulp in Malawi.

Voordat we onze middagafspraak hadden, ben ik samen met James, onze taxichauffeur, naar de lokale markt en kleine winkels geweest. Daar zijn er heel veel van en ze zijn een stuk kleiner dan wij in Nederland gewend zijn. In het deel van de stad waar wij waren, wordt vooral veel kleding verkocht. Leuk om eens te zien. Groente en fruit worden in het centrum van de stad op vrijwel elke straathoek verkocht. Zie foto’s 3, 4, 5 en 6.

We zijn ook in een winkeltje geweest waar ze het traditionele Malawische gerecht maken: nsima. Dit bestaat uit gekookt maïsmeel, gecombineerd met bijvoorbeeld vlees, vis of bonen. Ik heb het nog niet gegeten, maar dat gaat waarschijnlijk de komende dagen wel gebeuren. Ik ben benieuwd hoe het smaakt. Foto’s 7, 8 en 9 zijn hiervan toegevoegd.

’s Middags hadden we een afspraak bij Ekwendeni Hospital, één van de ziekenhuizen die door de CCAP wordt ondersteund. Dit ziekenhuis ligt ongeveer twintig kilometer van Mzuzu. Het hoofddoel van ons bezoek was de Likuni-fabriek, die op het terrein van het ziekenhuis staat. In deze fabriek maken ze een mengsel van maïs- en sojameel, waaraan vitamines en mineralen worden toegevoegd. Dit product is ontwikkeld als essentiële aanvullende voeding voor baby’s en jonge kinderen, om ondervoeding tegen te gaan. Het levert energie, eiwitten en vetten.

Dit project valt onder The Art of Charity, waar ook het Food For Life-project onderdeel van is. Het project heet Bambuni en is een initiatief van de vrouw van Bo, Dity. We hebben een kijkje genomen in de fabriek. Deze is erg oud, net als de machines. De buitenkant is te zien op foto 10; er zitten zelfs geen ramen in. De maïskorrels worden eerst geschoond met een soort windzifter, waarbij de zware delen naar beneden vallen en niet meegaan met de maïs (foto 11). Daarna worden de maïs en soja geroosterd (foto 12 en 13). Hiervoor wordt hout verbrand. Dit is een vrij ongecontroleerd proces. Als het te hard gaat en de maïs dreigt te verbranden, wordt er simpelweg hout uit de oven gehaald. Na het roosteren worden maïs en soja vermalen (foto 14). Vervolgens wordt alles gemengd met vitamines en mineralen (foto 15), in een betonmixer. Tot slot wordt het mengsel verpakt in zakken van 1, 10 of 25 kilo (foto 16).

Er zijn gelukkig plannen om een nieuwe fabriek te bouwen. Daarvoor is al een stuk grond beschikbaar, zie foto 17. De winst van de Likuni-fabriek gaat volledig naar het ziekenhuis. Wat een prachtig project van mama Dity: het product helpt kinderen tegen ondervoeding en de opbrengst komt ten goede aan de gezondheidszorg. Via foodforlifemalawi.com kan dit project worden gesteund. Van harte aanbevolen.

Het ziekenhuis zelf ziet er naar westerse maatstaven slecht uit. Aan de buitenkant valt het nog enigszins mee (foto 18), maar binnen is de armoede duidelijk zichtbaar. Matrassen zijn kapot, plafonds vertonen lekkages en zijn deels verzakt. De kerkelijke gemeente van Dity en Bo had cadeaus meegegeven voor vrouwen die net bevallen waren: kleertjes en speeltjes voor de baby’s en een kleed voor de moeder. Een mooi initiatief. Deze hebben we uitgedeeld op de kraamafdeling, zie foto’s 19 en 20. Wat waren deze vrouwen blij. Ook de moeders van de bevallen vrouwen waren aanwezig, zij helpen bij de zorg voor moeder en kind. We hoorden bovendien dat het ziekenhuis onvoldoende geld heeft om eten te kopen. Dat is verdrietig om te horen.

Tot slot zijn we langs een CCAP-kerk in Ekwendeni gereden, zie foto 21 en 22.

Het leven in Malawi begint steeds meer te wennen. Vanavond was het eten slechts een half uur later klaar dan afgesproken. Eigenlijk moet ik minder op de tijd letten. Wij hebben de klok, Malawiërs hebben de tijd.

Toch blijf je je verbazen over veel dingen. Op het werk spreken we vaak over efficiency. Ik denk dat ze dat woord hier niet kennen. Overal zijn medewerkers voor ingezet, iets wat wij al snel inefficiënt zouden noemen. Hier is het simpelweg een andere manier van leven.

Het was een goede dag om relaties te onderhouden voor Bo en voor mij om nieuwe relaties te leggen. Fijn om te merken dat de mensen die we vandaag, en eerder, hebben ontmoet daar ook echt de tijd voor nemen.

Morgen staat er een lange autorit gepland naar Mponela, een eind in de richting van Lilongwe.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *